Clemens Dirven

Virus versus hersentumor

Kwaadaardige hersentumoren reageren niet op chemotherapie en operaties zijn altijd riskant. Neurochirurg Clemens Dirven onderzoekt of gemodificeerde virussen de tumor kunnen aanvallen.

Deel
11 likes
Leestijd 6 min
JA909523

Patiënten met een kwaadaardige hersentumor leven vanaf het moment van hun diagnose gemiddeld iets langer dan een jaar. Zo’n tumor groeit niet alleen snel, maar groeit ook de hersenen in. Clemens Dirven, één van de 147 neurochirurgen in Nederland en hoofd van de afdeling Neurochirurgie in het Erasmus MC, behandelt deze patiënten. “De hersenen vormen het meest precaire orgaan dat we hebben; het maakt wie we zijn. De emoties zitten daar en je persoonlijkheid. Een aandoening van de hersenen, en zeker als het kwaadaardige tumoren betreft, verandert dus ook je wezen.”

 

Tussen aanpakker en filosoof

Het behandelen van een tumor in de hersenen luistert heel nauw. “Een van de mooiste momenten in mijn vak blijft toch de aanblik op de hersenen. Als je die zo vredig ziet pulseren; is dat heel sereen, prachtig. Om daar schade aan te moeten maken, dat blijft iets afschuwelijks. Een klein beetje schade kan tot zeer ernstige consequenties leiden. Verlamming bijvoorbeeld, of niet meer kunnen spreken. Om dit werk goed te kunnen doen moet je de ene kant een echte chirurg zijn die erop afgaat. Aan de andere kant moet je ook een beetje een beschouwer of een filosoof zijn. Iemand die ook heel goed weet wanneer hij moet stoppen.”

In Nederland krijgen ruim duizend mensen per jaar een kwaadaardige hersentumor, nog eens duizend een goedaardige hersentumor. Bij die laatste variant zijn de vooruitzichten gelukkig een stuk rooskleuriger. Dirven: “Een goedaardige tumor groeit traag en blijft meestal binnen de grens van de hersenen, hij duwt ze als het ware weg. Opererend door een microscoop kunnen we zo’n tumor heel voorzichtig van de hersenen afhalen en het hele ding eruit halen. En dat is fantastisch, want dan kan je iemand genezen.”

De hersenen zijn ondoordringbaar

Kwaadaardige tumoren zijn zo ontzettend venijnig omdat je ze niet reageren op chemotherapie. Hoe komt dat? Dirven: “In de hersenen zitten andere bloedvaten dan in de rest van je lichaam, dat noemen we de bloed-hersenbarrière. Deze maakt de hersenen ondoordringbaar.” Dirven legt uit dat de natuur dit zo bedacht heeft om de hersenen te beschermen tegen giftige stoffen. Maar in het geval van chemotherapie is het een nadeel, de behandeling dringt hierdoor nauwelijks tot de hersenen door.

Mijn vak is neurochirurg, ik ben handwerksman

Als een pacman door de tumor

Dirven is betrokken bij een hoopvolle ontwikkeling. “Een van de interessantste dingen waar we nu mee experimenteren is het in de hersenen spuiten van een gemodificeerd verkoudheidsvirus, dat alleen maar de kwaadaardige cellen aanpakt en de gezonde hersencellen heel laat. We hoopten dat dat verkoudheidsvirus de tumor aan zou pakken, en dat bleek ook zo te zijn. Dat virus vrat zich als het ware als een pacman door die tumor heen.” Maar toen gebeurde er wat er bij een normale verkoudheid ook gebeurt: na een à twee weken kwam het immuunsysteem op gang en werd het virus er weer uitgegooid. De tijd dat het virus actief was geweest, was nog lang niet genoeg om de hele tumor op te ruimen. Dirven: We waren wel even teleurgesteld en dachten dat dit het resultaat van het onderzoek was.”

Maar toen kreeg het experiment een onverwachte wending. De patiënt die de behandeling onderging werd eerst zieker, maar krabbelde na een tijdje weer wat op. Op scans was na zes maanden te zien dat haar tumor was geslonken. Dirven: “Daar was maar één verklaring voor. Het lijkt erop dat het door het virus geactiveerde afweersysteem de tumor toch in toom houdt. De patiënt bij wie we dit uitvoerden is vijf jaar later nog steeds in leven. Ik hoop dat we bij de behandeling van een hersentumor het immuunsysteem kunnen blijven stimuleren. We zijn bij het Erasmus MC Kanker Instituut het eerste ziekenhuis dat met dit onderzoek aan de slag is gegaan.”

Prof. dr. Clemens Dirven

De eerste plek in Nederland

Het Erasmus MC Kanker Instituut was ook de eerste plek in Nederland waar een groep artsen en neurologen besloot om zich volledig te wijden aan patiënten met een hersentumor, zo’n vijfentwintig jaar geleden. Hieruit is het Erasmus MC Hersentumorcentrum ontstaan, waar behandelaars en onderzoekers nog nauwer samenwerken. Dirven: “Ik denk dat we in het Erasmus MC Kanker Instituut de grootste groep specialisten bij elkaar hebben die zich bezighoudt met nieuwe behandelingen voor hersentumoren.”

Hoe verdeelt Dirven zijn tijd tussen behandelen en onderzoek doen? Dirven: “Mijn vak is neurochirurg, ik ben handwerksman. Om handvaardig als chirurg heel goed te zijn, moet je veel uren maken. Maar onderzoek op hoog niveau kost ook veel tijd. In mijn team zitten mensen die de meest ingewikkelde operaties kunnen die ik niet kan. Hun super-specialisme geeft mij weer ruimte voor onderzoek. Dat die mogelijkheid er is, maakt het Erasmus MC Kanker Instituut een hele dankbare werkplek.”

Een biobank met stukjes tumor

Clemens Dirven zou graag zien dat hij met zijn team nieuwe ontdekkingen nog sneller voor het genezen van patiënten kan gebruiken. Het Erasmus MC Kanker Instituut heeft een grote biobank met stukjes van tumoren die er zijn geopereerd. Het weefsel wordt levend gehouden voor vervolgonderzoek. Dirven: “We hebben nu bijna duizend stukjes tumorweefsel op kweek staan. Dat klinkt simpel maar we hebben er jaren aan gewerkt om dat voor elkaar te krijgen.” Op deze hersentumorhapjes worden verschillende geneesmiddelen losgelaten. “Dan krijg je personalized medicine, waarbij je bij een individuele tumor kunt zien op welk medicijn het reageert.”

Volgens Dirven levert dit al resultaten op. “Voor sommige tumoren zouden we ook al durven zeggen: dit middel zou best eens kunnen werken voor deze patiënt.” Op dit moment zorgen strenge regelgeving, administratieve eisen en hoge kosten ervoor dat deze behandelingen nog niet kunnen worden toegepast, tot ongenoegen van Dirven. “Met al het onderzoek dat we bij het Erasmus MC doen en alle ideeën die we hebben, kunnen we al veel meer dan wat er nu mogelijk is. Het liefst wil ik de nieuwste kennis natuurlijk meteen toepassen.”

De dood bespreekbaar maken

Ondanks de nauwe samenwerking tussen alle specialisten en het veelbelovende onderzoek, blijft de realiteit dat omgaan met de dood niet te voorkomen is. Hoe ervaart Dirven dit? “Mijn vak is aan de ene kant heel technisch uitdagend, aan de andere kant heel emotioneel. Bijna wekelijks hebben we te maken met een strijd tussen leven en dood, veroorzaakt door hersentrauma of tumoren. Spreken over de dood is een bijzonder aspect van dit vak. Je kunt geen spectaculaire reddingen meer verrichten: juist niet. Het meegaan met de patiënt in die onvermijdelijke eindigheid en het bespreekbaar maken hiervan geeft gek genoeg ook voldoening.”

Lees meer verhalen over het Erasmus MC Kanker Instituut.

Lees ook