Harbour Antibodies

Menselijke antilichamen uit muizen: van hobby tot beursgang

Wat begon als een wetenschappelijk hobbyproject leidde binnen 20 jaar tot een beursgang in Hong Kong. Hoogleraar celbiologie Frank Grosveld en zijn team maken menselijke antilichamen in muizen. In de coronacrisis kwam die expertise ineens uitstekend van pas.

Deel
0 likes
Leestijd 3 min
Frank-Grosveld-6363
Prof. Frank Grosveld | Fotografie: Esther Morren

Met zijn 72 jaar runt prof. Frank Grosveld van het Eramus MC nog twee wetenschappelijke laboratoria. De ene onderzoekt de 3D-structuur van ons genetisch materiaal en de andere  onderzoekt antilichamen. Twee gescheiden werelden, waarvan de laatste begin dit jaar ineens vol in de schijnwerpers kwam te staan toen Grosveld bekendmaakte een antilichaam tegen corona gevonden te hebben, samen met de groep van Berend Jan Bosch in Utrecht.

Antilichaam als medicijn

In zijn antilichamen-laboratorium werkt een groep onderzoekers sinds het jaar 2000 aan nieuwe manieren om menselijke antilichamen te maken. Daarvoor gebruiken ze muizen. ‘Het immuunsysteem van muizen lijkt erg op dat mensen. Maar toch herkent het menselijk immuunsysteem muizenantilichamen als vreemd’, legt Grosveld uit. Dat is een probleem als je antilichamen als medicijn wilt gebruiken, bijvoorbeeld bij immuuntherapie.

Grosveld en zijn team loste dit probleem op door muizen genetisch aan te passen, zodat ze menselijke antilichamen produceren. Grosveld: ‘Dat is voor die muizen geen enkel probleem, want ze weten niet anders.’ Voor de wetenschappers is het een groot voordeel, want op die manier functioneren de muizen als een soort fabriekjes voor menselijke antilichamen.

Hamstercellen

Dat werkt zo. Stel, je wilt een antilichaam produceren tegen het coronavirus. Dan is de eerste stap om de ‘vermenselijkte’ muis bloot te stellen aan het virus of een eiwit van het virus. Het immuunsysteem van de muis reageert daarop door menselijke antilichamen tegen het virus te produceren. De wetenschappers halen vervolgens de B-cellen uit de muis. Dat zijn de antilichaam-producerende cellen. Die cellen bevatten het gen met het ‘recept’ voor menselijke antilichamen tegen het coronavirus. Dit gen wordt vervolgens geknipt en geplakt in een zogeheten productiecellijn, om het antilichaam in productie te nemen. Grosveld: ‘Daarbij moet je denken aan tanks met 5000 tot 10.000 liter met zo’n hamstercellijn. Dit volume hebben we nodig om genoeg antilichamen te produceren. In een muis lukt dat uiteraard niet’, aldus Grosveld. De hamstercellen gaan aan de slag en produceren grote hoeveelheden menselijke antilichamen.

Harbour Antibodies

Het antilichamen-laboratorium van Grosveld is inmiddels uitgegroeid tot volwassen bedrijf, genaamd Harbour Antibodies. In 2016 werd Harbour Antibodies een dochteronderneming van Harbour Biomed. Dit bedrijf maakte in december 2020 de stap naar de beurs in Hong Kong.

Prof. Frank Grosveld was virtueel aanwezig bij de beursgang van Harbour Biomed.

Harbour Antibodies was wereldwijd het eerste bedrijf dat zogenoemde menselijke zware keten-antilichamen maakte. Het voordeel van dit type antilichamen is dat ze eenvoudiger te produceren zijn, en zo gemaakt kunnen worden dat ze meerdere lichaamsvreemde stoffen tegelijk kunnen herkennen.

De productie van zware keten-antilichamen was echter geen eitje. Van nature maken alleen kamelen en lama’s dit type antilichamen. ‘We zijn dus begonnen met een veldje lama’s in de achtertuin van een collega’s. Maar lama’s zijn slimme dieren en herkenden al snel de vee-arts die bloed kwam afnemen. Ik kan je vertellen: het zijn sterke dieren’, lacht Grosveld. Al snel stapten ze dus ook voor zware-ketenantilichamen over op productie met muizen.

Antilichaam tegen corona

En het antilichaam tegen corona? Dat is nog steeds in ontwikkeling. Grosveld en zijn Utrechtse collega’s tekenden een overeenkomst met het farmaceutische bedrijf AbbVie. ‘Ik kan er nog niet veel over vertellen, maar ons doel is om het zo snel mogelijk op de markt te brengen als medicijn tegen corona’.

Valorisatie

Valorisatie is het proces om uit een innovatief idee iets te laten groeien dat de zorg beter kan maken. In het Erasmus MC voert de afdeling Technology Transfer Office (TTO) dit proces uit. Als een medewerker een goed idee heeft, kijkt TTO eerst of het al bestaat, en daarna of het idee te beschermen is. Daarna bekijkt TTO samen met de uitvinder hoe het pad verder te doorlopen om hoe te zorgen dat het idee ook daadwerkelijk de markt bereikt en impact kan maken op de zorg. Als dat hele proces lukt en er is een partner gevonden die de uitvinding verder wil ontwikkelen, én er komt inderdaad een product of dienst op de markt, dan krijgt Erasmus MC daar ook iets voor terug. Soms is dat in de vorm van verdere samenwerking, maar soms is dat ook in de vorm van geld. In dat geval zullen de inkomsten verdeeld worden tussen de uitvinder, de afdeling en het Licentiefonds.

Lees ook