Erasmus MC

Drukverlaging essentie van behandeling

“Dit gaat de behandeling van hartfalen drastisch veranderen”, voorspelt Erasmus MC-cardioloog dr. Jasper Brugts. Het ‘apparaatje’ in zijn vingers is niet groter dan een paperclip.

Deel
3 likes
Leestijd 8 min
Jasper Brugts

Hartfalen eerder in de peiling

 

Wat is het?

“Een CardioMEMS. Cardio verwijst naar het hart, MEMS staat voor Micro Elektro Mechanisch Systeem. Het is een sensor die heel nauwkeurig de druk in een bloedvat kan meten.”

Waar wordt hij voor gebruikt?

“We passen de sensor toe bij patiënten die lijden aan hartfalen (zie Kader), een aandoening waarbij de pompfunctie van het hart tekortschiet. Door hartfalen neemt de vullingsdruk in het hart toe. Het verlagen van die druk is de essentie van de behandeling van hartfalen. Tot op heden konden we die drukstijging nooit op afstand meten. Dankzij de sensor kan dat nu wel. Voor hartfalen-cardiologen is dit apparaatje een uitkomst: het biedt ons de mogelijkheid om de vullingsdruk van het hart op tijd bij te sturen. Zorg op maat, dus. Ik beschouw CardioMEMS als een belangrijke stap voorwaarts in eHealth (zorg via internet) en telemonitoring (gezondheidsbewaking op afstand).”

 

150.000

Hartfalen, een aandoening waarbij de pompfunctie van het hart tekortschiet, komt in Nederland bij 150.000 mensen voor. “Dat aantal zal in de komende jaren sterk toenemen”, zegt cardioloog Jasper Brugts. “Dat komt enerzijds door de vergrijzing, anderzijds door de betere behandeling van het hartinfarct. Omdat steeds meer patiënten een hartinfarct overleven, neemt het aantal mensen toe bij wie de pompfunctie van het hart tekortschiet. Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) schat dat het aantal patiënten met hartfalen in 2025 is verdubbeld. Ik denk dat innovatieve technieken zoals CardioMEMS noodzakelijk zijn om die toename aan te kunnen.”

 

Waarom is het meten van die druk zo belangrijk?

“De drukverhoging is het eerste signaal dat het hartfalen verergert. Pas twee tot drie weken later krijgt de patiënt daar last van. Er treedt vochtophoping op in benen, buik en longen. De patiënt heeft last van dikke benen en enkels, en van kortademigheid. Door die vochtophoping wordt hij zwaarder. Vaak neemt de patiënt op dat moment contact op met de polikliniek, maar dat is eigenlijk al te laat. We kunnen dan niet veel meer doen dan de symptomen bestrijden: we geven plastabletten om het vocht af te drijven. Vaak is een ziekenhuisopname dan niet te vermijden.”

Terwijl je het probleem eerder zou willen aanpakken?

“Precies. En dat kan dankzij de sensor, die met behulp van een katheter via de lies in een longslagader wordt ingebracht. De bloeddruk die we daar meten geeft een betrouwbaar beeld van de druk in het hart. Dankzij twee lusvormige draadjes blijft de sensor op de juiste plek zitten. Daar wordt hij na een tijdje bedekt met een dun laagje cellen van het bloedvat, waardoor hij veilig kan blijven zitten.”

Hoe verloopt de meting?

“De patiënt gaat op een speciaal kussen liggen. Daarin zit een apparaatje dat contact legt met de sensor. Die registreert gedurende achttien seconden de druk in het hart. Vervolgens worden de gegevens via een beveiligde internetverbinding naar het ziekenhuis gestuurd. De patiënt kan de meting vrijwel overal uitvoeren, dus ook op vakantie, zolang het kussen maar mee op reis gaat. (Lachend:) Op vakantie zien we nog wel eens dat de drukwaarden wat oplopen. Dan blijkt dat de patiënt zich niet zo strikt aan het dieet heeft gehouden. Een pizza of een lekker etentje is dan de boosdoener. Als ik zie dat de druk oploopt, kan ik op tijd ingrijpen. Door eerdere toediening van medicatie blijven de vochtophoping en de daarmee samenhangende gezondheidsklachten achterwege.”

Wordt deze methode de standaard bij patiënten met hartfalen?

“Voorlopig niet. De sensoren worden op dit moment nog niet door de basisverzekering vergoed. Het Erasmus MC gaat wel een grote studie in achttien Nederlandse centra coördineren. Dat onderzoek moet de klinische effectiviteit (werkt het?) en de kosteneffectiviteit (hoe liggen de kosten en de baten?) van CardioMEMS aantonen. In Amerika is dat al gebeurd: daar zorgde de sensor voor 37 procent minder ziekenhuisopnamen bij patiënten met hartfalen. De kosten van het apparaat worden dan ruimschoots terugverdiend.”

Waarom moet de effectiviteit opnieuw worden aangetoond?

“Omdat de zorg in ons land anders is georganiseerd dan in Amerika. Wij hebben bijvoorbeeld een speciale hartfalen-polikliniek en hartfalen-verpleegkundigen. Die hebben zij niet. Ik verwacht dat we ook hier positieve resultaten zullen boeken. Op dit moment richten we ons op een ernstige vorm van hartfalen (NYHA klasse 3). Die patiënten worden gemiddeld één tot twee keer per jaar in het ziekenhuis opgenomen. Dit heeft een enorme impact op de patiënt en op zijn familie. Als we die opnamen kunnen terugdringen, geeft dat niet alleen een aanzienlijke kostenverlaging, het is ook voor de patiënt heel prettig.”

 

‘Patiënten hebben het gevoel dat de dokter over hun schouder meekijkt’

 

Wat is de stand van zaken?

“Afdelingshoofd prof. dr. Felix Zijlstra zag het belang van de innovatieve sensor in en stelde financiële middelen beschikbaar om met een beperkt aantal patiënten ervaring op te doen. Inmiddels hebben we de sensor bij vier patiënten ingebracht (zie kadertekst ‘Geen nieuws is goed nieuws’). Die zijn laaiend enthousiast. Ze hebben meer controle over hun ziekte, zijn er meer bij betrokken. Bovendien hebben ze het gevoel dat de dokter over hun schouder meekijkt. Ze voelen zich daardoor zekerder.

Voor de dokter verandert de werkwijze: hij maakt vaker kleine aanpassingen. Dankzij de drukmeting beschik ik over actuele informatie en kan ik daarop inspelen door bijvoorbeeld de dosis plastabletten te verhogen of te verlagen. Zolang de druk onder controle is en de patiënt zich goed voelt, is een bezoek aan de polikliniek niet nodig. Voor de controle van het bloed is een bezoek aan de huisarts voldoende. Dat is prettig voor de patiënt.”

‘Geen nieuws is goed nieuws’

 

‘Binnenkort hoop ik weer op de markt te staan.’

 

Carla Jacobs (60) is een van de eerste patiënten bij wie de CardioMEMS werd geïmplanteerd.

Ze weet de datum waarop haar klachten begonnen nog precies: 15 juni 2016. “Ik dacht aan een lichte griep. Ik had last van mijn arm, een onprettig gevoel op mijn borst. De volgende ochtend zijn we gewoon vroeg opgestaan. Mijn man en ik hebben een kraam op de markt op de Blaak in Rotterdam, met gebakken vis. We moeten daar al om half vier ’s ochtends zijn, anders kunnen we ons plekje niet meer bereiken. Maar eenmaal daar voelde ik me helemaal niet goed. Het duizelde voor mijn ogen. Ik heb maar net op tijd onze auto kunnen bereiken, ik viel min of meer flauw.”

Zwaar hartinfarct

“We zijn meteen naar het Franciscus Gasthuis & Vlietland gereden. Daar begon ik vreselijk te zweten, ik dacht dat ik doodging. Met de ambulance ben ik naar het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam vervoerd en daarna naar het Erasmus MC, want na elk onderzoek bleek mijn toestand ernstiger dan gedacht. Ik had een zwaar hartinfarct gehad en moest een week op de intensive care blijven. Een operatie was noodzakelijk, maar die kon pas plaatsvinden als ik weer op krachten was gekomen.”

Stukje beter

“Dat duurde zeven maanden. Het was een zware ingreep. Er werd een deel van de hartspier verwijderd, er werd een gaatje in het schot tussen de hartkamers gedicht, ik kreeg een nieuwe hartklep, twee stents en een omleiding. Een paar dagen voor kerst mocht ik naar huis.”

Echtgenoot Cok: “De klanten leefden erg mee. Ze gaven zelfs bossen bloemen af. Iemand stelde voor dat ik een grote kaart zou maken waar ik op kon schrijven hoe het met Carla ging, maar dat heb ik niet gedaan. Gelukkig kon ik elke week zeggen dat het weer een stukje beter ging.”

Vakantie

Carla: “Ja, kort na de operatie voelde ik me best goed, maar in februari en maart kreeg ik last van dikke benen en vocht achter de longen. Door mijn zwakke hartfunctie ging ook mijn nierfunctie achteruit. Dokter Brugts stelde voor dat een CardioMEMS werd geïmplanteerd. Die maakt het mogelijk om mijn hartfunctie op afstand te volgen en op tijd in te grijpen met medicijnen zodat ik niet te veel vocht vasthoud. Op 24 juli werd de chip ingebracht. Ik ben er heel blij mee. Ik houd me strikt aan mijn dieet en leidt een regelmatig leven. ’s Ochtends heb ik mijn vaste routine: ik ga naar het toilet, ik weeg mezelf en dan ga ik op het kussen liggen dat de CardioMEMS uitleest. Op een display kan ik zien of de meting is verricht. Daarna gaat de uitslag via internet naar het Erasmus MC. Ik kan de meting overal doen, ook op vakantie. We gingen vroeger graag naar Spanje, maar dat durven we niet meer aan. We blijven nu in eigen land, dat is ook mooi. Het kussen gaat dan gewoon mee.”

Sfeertje

“Inmiddels gaat het best goed met me. Ik redeneer maar zo: geen nieuws is goed nieuws. De dokter kijkt op afstand mee en dat is een prettig idee. Ik sta al 45 jaar op de markt, vanaf mijn vijftiende. Het is mijn lust en mijn leven. Het sfeertje, het contact met de klanten … Ik kan het maar moeilijk missen. Ik kijk er dan ook naar uit dat ik weer in de kraam kan staan.”

Lees ook