Er ging ongetwijfeld een talentvolle paardentrainster aan haar verloren. Maar het hart van dr. Lieke Kros ligt toch echt bij de neurowetenschappen, waarin ze na een dubbele master in de psychologie haar missie vond. Ze specialiseerde zich in het maken van neuronale afleidingen bij hersenziekten, zette nieuwe methoden op om hersenziekten te onderzoeken. En kan zich nu dankzij een fellowship, dat zij recent ontving tijdens de jongste editie van Lof der Geneeskunst, volledig wijden aan haar onderzoek naar de wisselwerking van hersengebieden bij autisme en epilepsie. Dat is dringend nodig, geeft zij aan. “Want we hebben nog geen idee wat er misgaat in het brein. Terwijl bijvoorbeeld maar liefst 1 op de 70 personen een stoornis op het autismespectrum heeft.”
‘Zo belangrijk dat we meer te weten komen over het ontstaan van autisme en epilepsie’
1 op de 70…?
“Ja! Er zijn écht heel veel mensen die een vorm van autisme hebben. Het is daarom zo belangrijk om de puzzel op te lossen en meer te weten te komen over de wisselwerking van hersengebieden bij autisme, maar ook bij epilepsie. Zodat effectieve behandelmethoden kunnen worden ontwikkeld. Beide stoornissen hebben namelijk veel effect op het leven van patiënten. Weliswaar bij de een meer dan bij de ander. Maar een categorie mensen kan als gevolg hiervan niet zelfstandig leven. Er is een percentage epilepsiepatiënten dat niet reageert op medicatie en veel toevallen heeft. Dat grijpt uitermate in op het persoonlijke leven.”
Hoe komt het dat er nog zoveel onduidelijk is?
“Omdat autisme en epilepsie zo ontzettend complex zijn. Je kunt niet een specifiek stukje in de hersenen aanwijzen dat betrokken is. Zones in het volledige brein zijn daarbij actief. Mijn doel is te weten te komen welke hersenmechanismes exact verantwoordelijk zijn voor het ziekteproces en hoe daarin met stimulatie verbetering kan worden gebracht. Ik onderzoek hoe het cerebellum (de kleine hersenen, red.) andere belangrijke hersengebieden beïnvloedt en hoe die wisselwerking bijdraagt aan autisme en epilepsie. Daartoe werk ik met muismodellen die epilepsie en autisme hebben. We onderzoeken bijvoorbeeld hoe een muis met een autismemutatie reageert als hij in een doos met andere muizen wordt gezet. Je ziet dan dat het voor zo’n muis niet uitmaakt of hij naar een andere muis of een object loopt. We meten de hersengebieden tijdens de interactie van zo’n muis met autisme met muizen zonder autisme.”
Wist je altijd al dat je interesse in de neurowetenschappen lag?
“Nee, zeker niet. Ik wilde paardentrainster worden. Ik was in mijn tienerjaren altijd met paarden bezig en had een eigen paard. Tegelijkertijd was ik op jonge leeftijd al geïnteresseerd in het verklaren van gedrag. Ik vroeg me altijd af waarom mensen zich gedroegen zoals zij deden. Vandaar dat ik na het behalen van mijn atheneumdiploma psychologie ging studeren. Toen ik echter als psycholoog aan de slag ging, ontdekte ik dat ik het werk helemaal niet leuk vond. Ik vond het te veel van hetzelfde en miste de wetenschappelijke invalshoek, de theorieën erachter. Ik ben gestopt, werkte een tijdje als serveerster en deed een beroepskeuzetest. Daaruit kwam mijn voorkeur voor neurowetenschappen naar voren. Ik volgde een master neuropsychologie en werk sinds september 2010 hier in het Erasmus MC. Bijna echter ging mijn wetenschappelijke carrière alsnog verloren. Wat dat betreft was de ontvangst van een Veni-beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek vorig jaar echt een keerpunt. Ik besefte zeer goed: als ik de Veni-beurs niet ontvang, houdt het op en stap ik uit de wetenschap. Ik bereidde me al voor op een noodgedwongen carrièreswitch en oriënteerde me op een toekomst als beursorganisator. Van wetenschappelijke congressen weliswaar, maar toch…”
Zover kwam het niet.
“Gelukkig niet. Dankzij de Veni-beurs kon ik een lab voor elektrofysiologische experimenten en gedragsexperimenten met muismodellen bouwen. En het recent ontvangen fellowship biedt mij de mogelijkheid om nu samen met mijn eigen onderzoeksgroep mijn onderzoekslijn verder te ontwikkelen. Het is erg fijn om op deze manier door je eigen instituut te worden ondersteund. Momenteel ontwikkelen we een nieuw systeem, waarbij we langdurig bij muismodellen de activiteit van verschillende hersengebieden kunnen meten in een natuurlijke omgeving. Hiertoe bouwen we een kooiconstructie, waarbij de natuurlijke leefomstandigheden zo optimaal mogelijk worden nagebootst. Zo kunnen we nog beter de interactie bij muizen bestuderen.”
En de paardentrainster is voorgoed in je verloren gegaan?
“Ha ja, dat gaat ‘m niet meer worden. Die ambitie is volledig verdwenen. Al mijn aandacht gaat naar mijn onderzoek. Voor iets anders is geen ruimte. Ik werk hier meer dan fulltime aan, dit is mijn levenswerk. Maar de liefde voor paarden is er nog altijd, hoor. Recent heb ik weer eens met een vriendin een rit gemaakt. Dat was erg leuk.” Dan lachend: “En ik heb twee katten. Zij zijn mijn kindjes. We verhuizen binnenkort vanuit Schiedam naar mijn nieuwe appartement hier in Rotterdam. Er moet nog wel even flink geklust worden, maar dat komt goed. Binnenkort kunnen we over. Het is fijn om in de stad te komen wonen. Maar wat me nog veel blijer maakt: ik ben enkele maanden geleden voor het eerst tante geworden. Mijn zus heeft een kindje gekregen, Linde heet ze.” Er komen foto’s tevoorschijn van een schattig baby’tje, terwijl Lieke even naar woorden zoekt. Dan na een korte stilte: “Dat zij in ons leven gekomen is, is zo’n groot cadeau.”
Waar zie je jezelf over pakweg 20 jaar?
“Dan hoop ik nog steeds hier te zijn en een eigen researchgroep te hebben waarmee ik onafhankelijk onderzoek verricht. Ik ga ervan uit dat we dan zóveel meer weten van autisme en epilepsie dat we richting adequate behandelingen aan het werken zijn.”
Zou dat een reëel scenario kunnen zijn?
“Zeker wel! Mijn droomscenario is dat we over 20 jaar bij een kindje van 1 jaar op non-invasieve wijze de ontwikkeling van autisme kunnen voorkomen. Daartoe moeten medische en technologische ontwikkelingen wel parallel gaan lopen. Dat vergt tijd en er is nog heel veel fundamenteel onderzoek nodig. Maar als ik kijk naar het tempo waarin de technologie zich ontwikkelt, dan zie ik dat absoluut gebeuren.”
PASPOORT
Naam: Dr. Lieke Kros
Geboren: 8 juni 1983 in Eindhoven.
Opleiding: atheneum, bachelor Klinische Psychologie, master Klinische Psychologie, master Neuropsychologie, PhD neurowetenschappen.
Burgerlijke staat: single, woont samen met haar twee katten.
Hobby’s: lezen, fotograferen en op stap gaan met vrienden. Is dol op Zeeland waar zij vroeger veel kwam.
U kent Lieke Kros mogelijk van diverse publicaties waaraan zij meewerkte. Een greep uit die publicaties:
Cerebellar involvement in migraine. (2018, in Cephalalgia).
Hypothermia-induced dystonia and abnormal cerebellar activity in a mouse model with a single disease-mutation in the sodium-potassium pump. (2017, in PLoS Genet).
Cerebellar output controls the occurrence of generalized spike-and-wave discharges in epileptic cerebral cortex (2015, in Annals of Neurology).
Controlling cerebellar output to treat refractory epilepsy. (2015, in Trends Neurosci)
Purkinje cell-specific ablation of Cav2.1 channels is sufficient to cause cerebellar ataxia in mice. (2012, in Cerebellum).
Ook was Lieke Kros in de periode 2015-2017 werkzaam op het Department of Neuroscience van het Albert Einstein College of Medicine in New York. Hier bestudeerde zij de rol van natrium-kaliumpompmutaties bij migraine en dystonie (een neurologische aandoening die zich kenmerkt door motorische stoornissen). Om de werking van het enzym dat natrium-ionen de cel uitpompt en kalium-ionen de cel inpompt te onderzoeken, bouwde zij met succes een in-vivo elektrofysiologie setup en leerde zij verschillende nieuwe technieken, waaronder EMG en ECoG bij vrij bewegende dieren.
Vier wetenschappers aan de slag
Het Erasmus MC Fellowship wordt jaarlijks uitgereikt tijdens de Lof der Geneeskunst, de publiekslezing van het Erasmus MC, en is bedoeld om jonge onderzoekers in de geneeskunde en life sciences te stimuleren voor een academische carrière te kiezen. Op 4 oktober 2019 ontvingen vier wetenschappers het felbegeerde fellowship. Het ging behalve Lieke Kros ook om Julie Nonnekens, Ling Oei en Corine Geurts van Kessel. Zij ontvingen ieder 400.000 euro, wat hen in staat stelt gedurende vier jaar aan hun onderzoek te werken.
Dr. Julie Nonnekens bestudeert de onderliggende mechanismen van radioactieve behandelingen tegen kanker. Daarbij onderzoekt zij wat de effecten zijn van radioactieve straling op kankercellen. Dr. Ling Oei richt zich op de ontwikkeling van betere testen voor patiënten met broze botten. En dr. Corine Geurts van Kessel onderzoekt de interactie tussen het afweersysteem en virussen, waarbij de nadruk ligt op virussen die leiden tot aandoeningen van het zenuwstelsel.