Blaaskanker is de vijfde meest voorkomende kankersoort in Nederland na ‘The Big Four’: borst-, prostaat- darm- en longkanker. Volgens Boormans is het de hoogste tijd om over ‘The Big Five’ te spreken. Het aantal nieuwe gevallen van blaaskanker per jaar in Nederland is gestegen tot meer dan 6600 mensen in 2016. Toch gaat er naar verhouding minder aandacht en minder geld voor wetenschappelijk onderzoek naartoe. Uroloog Joost Boormans, gespecialiseerd in de behandeling van en onderzoek naar blaaskanker, vindt dit verontrustend. “We hebben een flinke inhaalslag te maken.”
Nooit meer normaal plassen
Overlevingskansen bij blaaskanker zijn wisselend en worden kleiner in het geval van uitzaaiingen. Het is dan ook zaak om snel advies in te winnen als er symptomen zijn. “Bloed plassen is een symptoom waar patiënten snel naar moeten laten kijken.” Als de tumor is doorgegroeid tot de spierlaag van de blaas, is er in het bijzonder veel reden tot zorg. “Als je een agressieve vorm van blaaskanker hebt, kan het zijn dat de blaas verwijderd moet worden. Dat betekent dat een patiënt nooit meer op de natuurlijke manier kan plassen.” Soms komt een patiënt in aanmerking voor een kunstblaas, die gemaakt kan worden van een stuk darm. Boormans: ”Een andere optie is een stoma: een uitgang op de buik waarbij urine in een zakje loopt, dat om de paar uur moet worden vervangen.
Al komt blaaskanker veel voor en is de ziekte aangrijpend, toch hoor je er relatief weinig over. Voor borst- en prostaatkanker is veel media-aandacht dankzij een goed georganiseerde lobby, zegt Boormans. “Ik probeer me er hard voor te maken dat er ook zulke aandacht voor blaaskanker komt. Laatst heeft zwemmer Maarten van der Weijden gelukkig een onderzoek van het Erasmus MC Kanker Instituut naar blaaskanker uitgekozen om voor te zwemmen tijdens zijn Elfstedentocht.”
Roken als oorzaak
“Mensen die blaaskanker krijgen zijn in hun leven meestal blootgesteld aan giftige stoffen, vertelt Boormans. “Kappers en mensen die in verfindustrie gewerkt hebben lopen bijvoorbeeld extra risico.” Maar de grootste boosdoener is de sigaret. Boormans: “Dat roken longkanker veroorzaakt, weten we allemaal. Maar dat het ook de grootse risicofactor voor blaaskanker is, is veel minder bekend.” Boormans:”Het gif van een sigaret wordt opgenomen via de bloedbaan en uitgescheiden in je urine. Urine wordt tijdelijk opgeslagen in de blaas tot het moment dat we moeten plassen. Zo krijgen giftige stoffen de tijd om in te werken op de de blaaswand en die kunnen daar kanker veroorzaken.”
Het belangrijkste advies dat Boormans kan geven is dan ook: stop met roken. “Of nog beter: ga nooit roken. Het is misschien lekker als je het doet, maar het is niet meer van deze tijd en je stelt jezelf onnodig bloot aan risico’s op de lange termijn. Als je jong bent denk je misschien: who cares? Maar het is zo ellendig als je zestig bent en je wordt geconfronteerd met een tumor.”
Adrenaline op het hoogste niveau
Operaties zijn niet zonder risico’s en kunnen lang duren. Boormans: “Een poos geleden ontstond er bij het weghalen van een zeer grote tumor in het kleine bekken een bloeding aan de slagader die naar het been liep van het patiënt. We moesten eerst de tumor verwijderen, en konden daarna pas samen met de vaatchirurg de bloeding repareren. Het vat moet dus gedurende lange tijd afgedrukt blijven. Je adrenaline staat dan drie uur lang op het hoogste niveau. Bij deze patiënt was de operatie uiteindelijk succesvol. Ik heb hem laatst nog gezien en gelukkig gaat het goed met hem.”
Soms treffen Boormans en zijn team tijdens een operatie uitzaaiingen aan die op scans niet zijn aangetoond. Boormans: “Er valt dan eerst een stilte in de operatiekamer. Daarna komt de vraag: ‘Wat gaan we doen?’ Ga je door met opereren of breek je het af? Het is steeds weer een gevecht: aan de ene kant is het weghalen van die tumor het belangrijkst, maar je wilt gezond weefsel ook niet beschadigen en de patiënt niet blootstellen aan onnodige risico’s.” Als de operatie afgebroken moet worden, heerst er verslagenheid.
Boormans: “Dat grijpt je als arts aan, maar het verdrietigst is het natuurlijk voor de patiënt. Die wordt dan wakker met het nieuws dat de ziekte is uitgezaaid.”
Een tumor wijkt af in kleur en structuur
Hoe herken je in de operatiekamer iets wat een tumor zou kunnen zijn? Boormans: “Op het oog kun je tumor weefsel tijdens een operatie soms herkennen. Je ziet toch wel: hier is iets niet pluis. Het wijkt af. Gezond weefsel oogt fijn. De spier is mooi roze, het weefsel wit en het vet is geel. Een tumor roept meteen aversie op. Tumoren zijn meestal bleek en wat gelig. En ze voelen hard aan. Als een tumor zo snel groeit dat de bloedvoorziening het niet bij kan houden, sterft deze af en dat zorgt voor een onprettige geur.” In zijn negen jaar als uroloog is Boormans steeds beter geworden in het signaleren van tumoren, al benadrukt hij dat alleen met het blote oog niet met zekerheid te zeggen valt wat er loos is. Er vindt momenteel veel onderzoek plaats naar technieken die operateurs kunnen gebruiken bij het beter herkennen van tumoren tijdens een operatie.
Een ziekte als blaaskanker vraagt om nauwe samenwerking tussen specialisten. “Dit komt omdat de blaaskanker patiënt vaak gerookt heeft en daardoor vaak bijkomende aandoeningen heeft, bijvoorbeeld slechte vaten of een beperkte longfunctie.” Het unieke aan het Erasmus MC Kanker Instituut, zegt Boormans, is dat alles onder één dak beschikbaar is. “De specialisten die zich met de tumorbehandeling bezighouden, de wetenschappers die hier onderzoek naar doen, maar ook de specialisten die je nodig hebt om zaken te herstellen, zoals plastisch chirurgen en vaatchirurgen.”
Behandeling op maat
De behandeling van blaaskanker is een van de speerpunten van Erasmus MC. Hier is een gespecialiseerd Blaaskankercentrum voor opgericht, onder medewerkers bekend als ‘Blaaspoort’. Alle patiënten in de regio met een agressieve vorm van blaaskanker reizen naar Rotterdam en worden daar in één dag door het hele team onderzocht. Boormans: “De bestralingsarts, de oncoloog, de verpleegkundigen en ik maken de balans op. Alle onderzoeken worden bovendien opnieuw bekeken door de patholoog en de radioloog.”
Het resultaat is een behandeling op maat, die indien mogelijk wordt uitgevoerd in het eigen, lokale ziekenhuis van de patiënt. Dit concept is uniek in Nederland. “De grootste uitdaging bij de behandeling van kanker is dat het gedrag van tumoren zo onvoorspelbaar is. Dat is medisch gezien interessant, maar in de klinische praktijk heel frustrerend. Ik heb niet een vak waarbij je juichend over de eindstreep gaat, je wordt er nederig van. Maar ieder succes is er één.” Boormans hoopt dat we in de toekomst veel beter kunnen voorspellen hoe de tumor zich bij een specifieke patiënt zal gaan gedragen. ”Dat je een hapje neemt uit de tumor, een uitslag krijgt en weet: deze afwijking bij deze patiënt vraagt om deze specifieke behandeling. Als we daar meer kennis over krijgen, leidt dit zeker tot een betere overleving en een betere kwaliteit van leven.”