Infantiel hemangioom

Bètablokkers bij aardbeivlek alleen bij strikte medische noodzaak

Baby’s met een infantiel hemangioom, ook wel aardbeivlek genoemd, worden in Nederland behandeld met bètablokkers als de aardbeivlek op een potentieel gevaarlijk plek zit. Maar die behandeling kan ongewenste bijwerkingen geven. Dat ontdekten onderzoekers van het Erasmus MC.

Deel
12 likes
Leestijd 3 min
Kind met aarbeivlek Mireille Hermans klein

Jongetjes die in hun eerste levensjaar bètablokkers kregen voor aardbeivlek, scoren op basisschoolleeftijd minder goed op de domeinen aandacht, geheugen en leren vergeleken met kinderen van dezelfde leeftijd en geslacht die geen bètablokkers kregen. Bij meisjes die als baby die bètablokkers slikten, lijken aandacht, geheugen en leren zich normaal te ontwikkelen.

Niet causaal

Het is nog niet helemaal zeker dat het achterblijven van aandacht, geheugen en leren bij jongens te wijten is aan de bètablokkers, zeggen de onderzoekers. Een causaal verband werd niet aangetoond. Daar is meer vervolgonderzoek voor nodig. ‘Er zaten veel minder jongens in de onderzoeksgroep omdat infantiel hemangioom aanzienlijk minder vaak voorkomt bij jongens dan bij meisjes. Het is daarom lastig om statistisch significant verschil aan te tonen.’

Maar beschouwen de onderzoekers de bekende bijwerkingen van bètablokkers, dan kan het wel goed mogelijk zijn. ‘Van bètablokkers weten we dat ze bij volwassenen de vaardigheid om emoties te herkennen, verzwakken. Bètablokkers doorkruisen de bloed-hersenbarrière, dus het is denkbaar dat ze de ontwikkeling van de hersenen beïnvloeden.’

Onderzoekers van de afdeling Dermatologie van het Erasmus MC nodigden meer dan 100 kinderen tussen de 6 en 12 jaar uit om mee te doen aan de studie. Alle kinderen hadden op babyleeftijd bètablokkers gekregen omdat zij een aardbeivlek hadden op een potentieel gevaarlijke plek, zoals op de mond, vlakbij het oog, of rond de neus.

Gevaarlijk

‘Een aardbeivlek kan, door de snelheid waarmee hij soms groeit, gevaarlijk zijn voor baby’s’, legt hoofdonderzoeker Suzanne Pasmans, hoogleraar Kinderdermatologie en wereldwijd erkend expert op het gebied van zeldzame huidziekten bij kinderen, uit. . ‘Zit hij vlakbij het oog, dan kan de aardbeivlek ervoor zorgen dat de oogbol naar binnen groeit. Of als de vlek op de lip zit, kan het kind moeilijk of helemaal niet zuigen en dus niet goed drinken.’

Behandeling is dan noodzakelijk. De gulden behandelstandaard in binnen- en  buitenland is sinds 2008 een behandeling met bètablokkers. ‘Vroeger deden artsen dat met prednison, maar die middelen geven ernstige bijwerkingen’, zegt Pasmans. ‘Bètablokkers werken snel en heel effectief. De aardbeivlek verdwijnt vier tot tien keer zo snel als wanneer je niet behandelt.’

Zorg

Het goede nieuws is dat het gebruik van bètablokkers bij baby’s geen invloed lijkt te hebben op andere aspecten als groei, gezondheid en welzijn. ‘Maar de ontwikkeling van aandacht, geheugen en leren bij jongetjes vind ik wel een punt van grote zorg’, zegt psycholoog-onderzoeker en promovendus Mireille Hermans. Zij promoveert op dinsdag 23 mei op haar proefschrift over de gezondheid van kinderen met een infantiel hemangioom. ‘Het verschil is meer dan 10 IQ punten, wat wij vertalen in één heel schoolniveau.’

De kinderen in de studie hadden allemaal een zuiver medische indicatie om de aardbeivlek te behandelen, weet Pasmans. In Nederland worden kinderen met een aardbeivlek alleen behandeld als er een medische noodzaak is. ‘Maar in het buitenland krijgen baby’s toch geregeld bètablokkers omdat een aardbeivlek er niet mooi uit ziet. Deze studie toont aan dat kinderartsen wereldwijd dus zeer zorgvuldig moeten afwegen of de aardbeivlek écht een behandeling nodig heeft.’

Wat is een aardbeivlek?

  • Een aardbeivlek is een goedaardige woekering van bloedvaten in de huid.
  • De vlek ziet eruit als een rode, paarse, blauwe of huidkleurige bult.
  • In Nederland komen aardbeivlekken bij 1 op de 10 kinderen voor.
  •  De aardbeivlek wordt meestal na een paar jaar vanzelf minder. Een behandeling is dus lang niet altijd nodig, maar een bezoek aan de huisarts is wel belangrijk om te bepalen of de plek moet worden behandeld. Hoe vaak dat is, is niet precies bekend.

Lees ook