De oorclipjes stimuleren een zenuw genaamd de nervus vagus. Die staat in verbinding met het hart. Door de zenuw te stimuleren wordt de hyperactieve toestand van het autonome zenuwstelsel verzwakt. Het kalmeert als het ware het zenuwstelsel. De oorclipjes werken niet voor elke patient met boezemfibrilleren. Het is was ook niet bekend welke effecten vagus-stimulatie heeft op de elektrische geleiding van het hart.
Onderzoekers van het Erasmus MC, TU Delft en het Amsterdam UMC die samenwerken in het Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab hebben nu voor het eerst de invloed van de oorclipjes kunnen ‘vangen’. Dat deden ze tijdens tien openhartoperaties.
Tegenstrijdig
De onderzoekers zagen effect van de nervus vagus-stimulatie op diverse eigenschappen van de elektrische geleiding van het hart. Bij sommige patiënten waren het gunstige effecten, bij andere patiënten ongunstige effecten. Deze tegenstrijdige resultaten verklaren mogelijk waarom de behandeling met het oorclipje niet bij alle patiënten met boezemfibrilleren werkt.
De onderzoekers publiceren hun bevindingen in JACC: Clinical Electrophysiology.
‘Dit zijn belangrijke aanknopingspunten, want het bevestigt wat al langer werd vermoed. Het wetenschappelijke bewijs dat we hiermee leveren, opent de deur naar nieuw onderzoek naar de doorontwikkeling en uiteindelijke invoering van behandelingen van boezemfibrilleren op maat’, zegt onderzoeksleider Natasja de Groot (Erasmus MC, TU Delft), Scientific Leader van Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab.
De studie is uitgevoerd door de onderzoeksgroepen van prof. dr. Natasja de Groot, dr. Yannick Taverne, dr. Robert van den Berg (Erasmus MC) en prof. dr. ir. Wouter Serdijn (Rui Guan, TU Delft, Medical Delta PhD-kandidaat).