Erasmus MC

Maakt infuusvoeding de spieren van dialysepatiënten sterker?

Diëtisten van het Erasmus MC gaan nierpatiënten op proef infuusvoeding toedienen tijdens hun dialyse. Met spierecho’s contoleren ze of dit effect heeft op de gezondheid van hun spieren.

Deel
1 likes
Leestijd 4 min
spiermeting bij nierpatient

Over één ding zijn alle artsen en onderzoekers het eens. Dialyse is een aanslag op het lichaam van de nierpatiënt. De vraag is hoe die schade zo veel mogelijk kan worden beperkt. Diëtisten Wesley Visser en Anneke van Egmond hopen daaraan een steentje te kunnen bijdragen.

 

Eiwitten

Ze starten in september met een studie die moet uitwijzen of het zinvol is om nierpatiënten tijdens hun dialyse een zakje infuusvoeding toe te dienen. De hoop is dat de voeding, die veel eiwitten bevat, de spieren van de patiënt sterker maakt. Of in elk geval voorkomt dat ze aan kracht inboeten. Anneke van Egmond: “Metingen laten zien dat de effectieve spiermassa gedurende de maanden van dialyse minder wordt. We hopen dat proces met extra voeding te stoppen, en wellicht zelfs te keren.”
Nierpatiënten komen dikwijls terecht in een negatieve spiraal. Door de afname van spiermassa en spierkracht, verliezen ze energie en conditie en bewegen ze minder, waardoor nóg meer spierkracht verloren gaat. Anneke van Egmond: “Bij een slechte voedingstoestand en verlies van de spieren ontwikkelen de patiënten meer complicaties. Ze hebben een slechte wondgenezing, een slechtere zelfredzaamheid en een slechtere kwaliteit van leven, en als ze in het ziekenhuis moet worden opgenomen, is de ligduur langer. Het is dus van essentieel belang dat we de voedingstoestand zo optimaal mogelijk houden.”

 

Glucose

De studie wordt uitgevoerd bij 166 dialysepatiënten die in het Erasmus MC dialyseren. Ze worden verdeeld in twee groepen. De ene groep krijgt een zakje eiwitrijke infuusvoeding, de andere een placebo (glucose). Dat was nog een hele toer de force. Wesley Visser: “Het toedienen gebeurt tijdens de dialyse. De zak wordt gekoppeld aan de dialyselijnen. Maar wij, noch de arts, noch de patiënt, mogen weten of er voeding in de zak zit of vloeistof met glucose.”
De afdeling Medische Technologie bedacht een list. “Ze hebben rond enkele oude infuuspalen een kast gebouwd waarin de zakken worden verstopt”, grijnst Anneke van Egmond. “Alleen de dialyseverpleegkundige die de voeding of glucose klaar zet en aanbrengt, weet wat erin zit. Zonder hen zouden we deze studie trouwens niet kunnen doen.”

 

Spiermeting bij nierpatient

Fotografie: Phil Nijhuis

Wielrennerij

De wijze waarop Anneke en Wesley de resultaten gaan meten is bijzonder: met een draagbaar echoapparaat gaan ze dialysestoelen af en kijken ze naar de samenstelling van de spier. De methode, die ook in de wielrennerij wordt gebruikt om de spierconditie van toprenners te monitoren, geeft een betrouwbaar beeld, is niet ingrijpend voor de patiënt en is betrekkelijk goedkoop toe te passen.
“We hebben een intensieve training gevolgd om de beelden goed te kunnen interpreteren’’, vertelt Wesley. “Om betrouwbaar onderzoek te doen, is het belangrijk dat we dat volgens vaste protocollen doen. We maken echo’s van de bovenbeenspier. We bekijken de spier vlak voordat we voor het eerst extra voeding geven, en twaalf weken later meten we opnieuw.”
Er zijn meerdere manieren om een beeld te krijgen van de spiermassa. “Gewicht en BMI worden vaak gebruikt, maar zeggen eigenlijk niks over de hoeveelheid spiermassa, en zeker niet over de spiergezondheid”, leggen Anneke en Wesley uit.
Het grote voordeel van de echo is dat de onderzoekers echt in de spier kijken. Hierdoor kunnen zij vet, spier en vocht goed onderscheiden. De mogelijkheid bestaat om de beelden te analyseren en informatie te krijgen over de spiergezondheid. “Als er vocht of vet in die spier is geïnfiltreerd, een bekend fenomeen bij nierpatiënten, meet je met andere meetmethoden wel de hoeveelheid spiermassa, maar heeft de patiënt minder effectieve spiermassa.”

 

Tasje

Een echo dus. Wesley houdt een tasje ter grootte van een kleine laptop omhoog. “We hebben een hele mooie ‘bedside tool’ tot onze beschikking.” Naast de spiersamenstelling wordt ook de hoeveelheid beweging van de patiënt gemonitord. “En we meten de hoeveelheid cortisol in het haar, want cortisol speelt een rol bij de vetstofwisseling.”
Uit alle data die bij deze tests worden verzameld, zal moeten blijken of de toediening van infuusvoeding tijdens de dialyse de algehele conditie van nierpatiënten verbetert. Visser: “Zeker als patiënten op de wachtlijst staan voor een transplantatie is het ontzettend belangrijk dat ze zo fit mogelijk blijven. Want hoe fitter de patiënt, hoe beter de uitkomsten zijn na de operatie. Maar ook voor mensen die niet getransplanteerd kunnen worden is het van groot belang dat zij een goede kwaliteit van leven houden en zo lang mogelijk zelfredzaam blijven.”
Wesley hoopt na afronding van de studie op zijn onderzoek én eerdere studies te promoveren.

 

Dialyseren

Dialyse is een nierfunctie-vervangende therapie. Bij hemodialyse lig je drie tot vier keer per week, gemiddeld vier uur lang, aangesloten op het hemodialyseapparaat. Dat is fysiek zwaar omdat er grote schommelingen in bloedwaarden en vochtgehalte kunnen ontstaan. Dat kan zorgen voor onder meer vermoeidheid, een ziek gevoel (doordat er snel veel vocht uit het lichaam wordt gehaald) en op termijn voor schade aan hart en bloedvaten. En je zit eraan vast, ook tijdens feestdagen en vakanties.
Het hemodialyse-apparaat sluit je aan op een ader, via een vaattoegang (ook wel shunt) die via een operatie wordt gemaakt in een arm. De shunt zorgt voor voldoende bloedtoevoer tijdens de dialyse en is nodig omdat een gewoon bloedvat zou beschadigen en snel verstopt zou raken. Een shunt is gevoelig voor infecties.
Bron: Nierstichting

Lees ook