Erasmus MC

Allergische baby’s waarschijnlijk baat bij verhit koemelkeiwit

Een nieuwe behandeling van koemelkallergie lijkt te werken. Wetenschappers zijn op zoek naar het bewijs.

Deel
0 likes
Leestijd 5 min
KOE
Beeld: Grand Foulard

Met enige vertraging begint een unieke studie naar de behandeling van koemelkallergie bij baby’s en peuters nu op stoom te komen. Wetenschappelijk onderzoeker dr. Nicolette de Jong en haar onderzoeksgroep gingen vorig jaar op zoek naar 200 baby’s en peuters die van hun ouders mochten meedoen aan een studie naar een nieuwe behandeling van koemelkallergie: de IAGE-studie. Goed nieuws: die behandeling lijkt te werken.

 

Dr. Nicolette de Jong

Poeder

Wetenschappers, artsen en een producent van zuivelproducten hebben een product ontwikkeld waardoor kinderen mogelijk sneller over een koemelkallergie heen kunnen groeien. Het betreft een poeder met koemelkeiwitten die op een geprotocolleerde manier zijn verhit waardoor ze geen merkbare allergische reactie veroorzaken. Deze verhitte eiwitten laten  het afweersysteem ongemerkt wennen aan koemelkeiwit, waardoor het kind koemelk eerder gaat verdragen. Nu moet wetenschappelijk worden aangetoond dat deze aanpak effectief is.

 

Tolerant

Hoofdonderzoeker De Jong houdt alle slagen om de arm, zoals het de ware wetenschapper betaamt. Het is immers een dubbel blinde placebo gecontroleerde studie (de deelnemers én de onderzoekers weten niet of het kind het echte middel of een placebo, een nepmiddel toegediend krijgt),  maar ze denkt goed nieuws te hebben.

De Jong: “De start van de IAGE-studie is door allerlei redenen vertraagd, maar er zitten nu sinds een aantal maanden enkele tientallen kinderen in de trial. Wat we zien is dat alle baby’s en peuters, op één kindje na, de verhitte eiwitten tolereren. Het toedienen van een schepje poeder elke dag heeft geen nadelige gevolgen. Het gaat goed met de kinderen. Bovendien heeft het er alle schijn van dat de toediening van hele kleine hoeveelheden verhitte koemelkeiwitten in de voeding effectief is: bij een provocatietest, waarbij op gecontroleerde wijze koemelk wordt gegeven, zagen we dat enkele baby’s na een periode van acht maanden in de studie tolerant voor koemelk zijn geworden. Bij hen kan koemelk dus in de dagelijkse voeding worden geïntroduceerd.”

 

Op één lijn

Bijkomend voordeel van de IAGE-studie: de kinderartsen en kinderallergologen die meewerken aan de trial gaan tijdens het onderzoeksoverleg met elkaar in gesprek over de diagnose ‘koemelkallergie’ en de aanpak van de aandoening. De Jong: “Door bijvoorbeeld discussie te voeren over welk kind wel en welk kind níet kan participeren in de studie, wordt goed bekeken wat koemelkallergie nu eigenlijk precies is, en hoe we dat vaststellen. Ze proberen zo oprecht op één lijn te komen met elkaar. Daar wordt de patiëntenzorg beter van.”

 

Beeld: Grand Foulard

 

 

Zwelling

Koemelkallergie wordt jaarlijks bij circa 3500 baby’s en peuters vastgesteld. Die kinderen krijgen binnen afzienbare tijd klachten wanneer ze koemelk drinken. Deze klachten kunnen bestaan uit zwelling van bijvoorbeeld de lippen, ogen of gezicht, rode jeukende vlekken, buikkrampen, braken of luchtwegklachten.

 

Behandeling

Tot op heden is er eigenlijk geen goede, veilige behandeling van een voedselallergie, behalve het vermijden van het voedingsmiddel waarvoor een kind allergisch is. Maar de toediening van verhitte koemelkeiwitten past in een nieuwe behandelwijze die is gebaseerd op een betrekkelijk nieuw inzicht in de allergologie.

In sommige gevallen worden minimale hoeveelheden van een allergeen namelijk wel verdragen. In zulke gevallen kan het verstandig zijn om dit allergeen niet meer volledig uit het dieet te verwijderen, maar het afweersysteem van de patiënt hier juist met kleine hoeveelheden aan bloot te stellen. Op deze manier kan het immuunsysteem ervoor zorgen dat dit allergeen sneller verdragen wordt: iemand wordt sneller ‘tolerant’.

 

Receptuur

“De methode van de verhitte eiwitten is niet nieuw”, zegt De Jong, “maar de producent heeft nu, na jarenlang onderzoek, een gestandaardiseerde en gevalideerde receptuur ontwikkeld die is vastgelegd in een protocol dat voldoet aan alle eisen die aan de voedselindustrie worden gesteld.”

Dit inzicht is inmiddels doorgedrongen tot de opleiding van (kinder)artsen. “Artsen leren dat je allergenen niet helemaal moet uitbannen uit het voedsel van kinderen van nul tot twee. Je kunt ze er beter zo vroeg mogelijk, in kleine hoeveelheden, aan blootstellen, uiteraard alleen als ze daarbij geen klachten ontwikkelen.”

 

IAGE-studie naar koemelkallergie komt op stoom, nog tientallen baby’s nodig

 

Dubbelblind

Het is nu zaak dat er snel nog veel meer baby’s en peuters aan de IAGE-studie gaan deelnemen. Kinderen uit het hele land kunnen meedoen omdat de studie wordt uitgevoerd in meerdere ziekenhuizen.

“De kinderen eten en drinken gewoon wat ze normaal gesproken ook krijgen. Het poeder wordt met een schepje toegevoegd aan de (fles)voeding. Bij het ene kind zal dat het werkzame poeder zijn, bij het andere een placebo. Halverwege de studie volgen provocatietests in beide groepen. Dan dienen we gecontroleerd onbewerkt koemelkeiwit toe en kijken we hoe de kinderen hierop reageren. Zo bestuderen we of de kinderen die het verhitte koemelkpoeder krijgen eerder over hun koemelkallergie heen groeien dan de kinderen die het placebo poeder krijgen.”

 

Testjes

Deelnemers zijn voor het starten van de studie ongeveer een dag kwijt die ze doorbrengen in het ziekenhuis van hun keuze. Daar worden eerst allerlei testjes gedaan. Als ze aan de studie kunnen deelnemen, volgen gedurende twee jaar vier bezoeken in een van de deelnemende ziekenhuizen. Een kinderarts heeft om de acht maanden met de kinderen contact. De ouders krijgen educatie over voeding, en hoe om te gaan met een kind met koemelkallergie. Meer informatie over de studie en over aanmelding is te vinden op de website.

Spin offs

Inmiddels zijn uit de IAGE-studie twee spin-off studies ontstaan. Onderzoekers gaan enerzijds kijken welke microbiomen – de verzameling van micro-organismen in en op het lichaam – er leven op de huid en in de darmen en neusholten van kinderen met koemelkallergie. “Ze vergelijken die samples met samples van gezonde kinderen om te zien of er bepaalde patronen zijn.”

Anderzijds wordt in het DNA van de deelnemers gekeken of er genen te vinden zijn die te maken kunnen hebben met het ontstaan van de allergie.

Lees ook